Mensen die moeilijk, anders of niet spreken hebben weinig te vertellen. Die misvatting zit diep verankerd in de samenleving. Met ontmoetingen en workshops creëerde kunst- en literatuurwetenschapper Leni Van Goidsenhoven (UAntwerpen en KU Leuven) situaties waarin hun verhalen kunnen ontstaan en gehoord worden.
Op welk moment besloot u uw onderzoek met een breed publiek te willen delen?
‘Aanvankelijk keek ik vooral theoretisch naar welke verhalen rond handicap en psychische kwetsbaarheid dominant zijn, en wie in maatschappelijke debatten daarrond gehoord wordt. Daaruit leerde ik dat de voorwaarden om te mogen vertellen hoog zijn. Maar welk effect hebben die voorwaarden in de dagelijkse levens van mensen? Ik hernam en verdiepte mijn vragen in interactie mét mensen voor wie communiceren niet vanzelfsprekend is.’
‘Via workshops en een film, tentoonstelling en boek laten we hun verhalen en situaties weerklinken voor een breder publiek. Communicatie en artistieke processen maken intussen onlosmakelijk deel uit van hoe ik aan wetenschappelijk onderzoek wil doen.’
Wat is voor u het voornaamste doel van een communicator?
‘Een goede communicator kijkt niet enkel naar de inhoud maar ook naar de vorm van communicatie. Zo is er tekst, maar ook beeld, video, poëzie, enzoverder. Daarnaast is het uitleggen op zich niet altijd het belangrijkste. Het gaat eigenlijk vooral om mensen inspireren, doen nadenken, prikkelen en raken. Iemand die ik bewonder in het communiceren van zowel wetenschappelijke inzichten als sociale problematieken is theatermaker en doctoraalonderzoeker Simon Allemeersch.’
Wat is de grootste uitdaging bij het communiceren over uw onderzoeksdomein?
‘De grootste uitdaging ligt voor mij meestal in het uitleggen dat ik over thema’s als handicap en psychische kwetsbaarheid werk vanuit een filosofisch, cultureel- en literatuurwetenschappelijk perspectief, en dus niet vanuit het klinisch, therapeutisch of medisch oogpunt. En dat zulke perspectieven even belangrijk zijn.’
Waarover zou het publiek dringend meer moeten weten?
‘Ik vind het belangrijk om mee te geven dat we niet uitsluitend mogen focussen op hoe we de samenleving inclusiever kunnen maken. Rolstoelrampen, braille en stille ruimtes zijn uiteraard noodzakelijk en welkom. Maar ik wil er ook op aandringen om handicap collectief anders te verbeelden. Handicap is niet iets dat gewoon getolereerd moet worden naast de norm van een zogenaamd normaal lichaam of normale geest. Verschil zouden we als iets natuurlijks moeten begrijpen. Waar ik dus op inzet is het anders denken over de diversiteit van lichamen, zintuigen en denkstijlen. Het gaat erover ons collectief voorstellingsvermogen op te rekken. Dat doen we door op zoek te gaan naar de wenselijkheid en kracht van verschil. Kunst – waarin gretig geëxperimenteerd kan worden met mogelijke werelden en perspectieven – is daarbij onontbeerlijk.’ – PVW
Leni Van Goidsenhoven werd door de KVAB en de Jonge Academie onderscheiden met de Jaarprijs Wetenschapscommunicatie 2021, voor haar uitzonderlijke verdienste in wetenschapscommunicatie. Met Van Goidsenhoven werden nog twaalf andere laureaten onderscheiden.