Er wordt beweerd dat hoe hoger je IQ is, hoe uitgebreider je woordenschat zou moeten zijn.
Kan dit op een eenvoudige manier nagegaan worden.
Beste Guido,
In hoeverre een uitgebreidere woordenschat samenhangt van een hoger IQ weet ik niet (want ik ben geen psycholoog), maar er zijn wel een tweetal elementaire maten om iemands woordenschatgrootte te bepalen.
De meest directe manier is de "lexiale dichtheid". Daarbij laat je iemand een tijdje ononderbroken spreken of schrijven, en vervolgens tel je in die taaluiting het aantal 'lexicale' woorden: dat zijn de substantieven, adjectieven, werkwoorden en bijwoorden, dus niet de voorzetsels, voegwoorden, voornaamwoorden, telwoorden, lidwoorden of tussenwerpsels. Dat deel je dan door het totaal aantal woorden in die taaluiting, wat je het 'percentage' inhoudswoorden voor die spreker geeft, en dat is een indicatie voor zijn woordenschatgrootte.
De andere manier is de "lexicale rijkdom". Die is bijna identiek aan de lexicale dichtheid, met dat verschil dat je niet het aantal lexicale inhoudswoorden telt, maar gewoon het totale aantal 'verschillende' woorden. In de zin "de man trapt de bal" zijn er vijf woorden in totaal, maar je hebt maar 4 'verschillende' woorden want "de" staat er twee keer. De lexicale rijkdom van die zin is dan ook 4/5, oftewel 0,8.
Er zijn nog geen reacties op deze vraag.
Enkel de vraagsteller en de wetenschapper kunnen reageren op een antwoord.