Worden mensen van Noord-Afrikaanse afkomst in de VS ook Afro-Amerikanen genoemd?

Antwoord

Gewoonlijk wordt de term - die weinig wetenschappelijke waarde heeft - gebruikt voor alle Amerikaanse staatsburgers, met een afstamming uit 'zwart', Subsaharaans Afrika. Zowel het U.S. Census Bureau als het Office of Management and Budget (OMB) gebruiken sinds 1977 die definitie. Het korte antwoord op uw vraag is dus een 'nee'.

1. Een eerste probleem is dat ook in Noord-Afrika al heel lang mensen wonen met een heel donker, 'Subsaharaans' uiterlijk. Anwar Sadat (Egyptisch president) en Ahmad Al-Mansur (Marokkaanse sultan) hadden bijvoorbeeld respectievelijk een zeer donkergekleurde vader en moeder. De Haratin (soms ook Chouchin of Chouchan genoemd) zijn zo'n donkergekleurde bevolkingsgroep uit de Maghreb, de Zaghawa zijn er één in de regio Libië-Tsjaad-Soedan, de Shankella en Adone in respectievelijk Egypte en Ethiopië. Hoewel ze al eeuwenlang in die gebieden leven, zijn ze haast allemaal ontstaan uit slavenhandel en worden ze daar ook wel als lagere, zelfs onderdrukte bevolkingsgroepen beschouwd. Indien mensen van die groepen emigreren naar de VS zouden ze wèl als Afro-Americans kunnen beschouwd worden, eerder op basis van hun uiterlijk en geschiedenis van onderdrukking dan op basis van hun herkomstregio.
2. Een tweede probleem is dat sommige Amerikaanse activisten de term willen beperken tot wie haar of zijn afkomst kan retraceren tot Amerikaanse slaven, en dus uitsluiten voor wie na die periode naar de VS emigreerde. Michelle Obama is wel algemeen erkend als de eerste African American First Lady, maar Barack Obama (die een Keniaanse vader had) wordt door het U.S. Census Bureau niet beschouwd als een echte African-American, maar eerder als een Black African, hoewel hij uiteraard een Amerikaans staatsburger is.
3. Een derde probleem zijn de afstammelingen van de slavenbevolkingen uit de Caraïben, die vooral uit Haïti ook naar de VS emigreerden en daar staatsburgers werden. Het U.S. Census Bureau creërde voor hen de categorie Afro-Carribeans. Dat bureau voor bevolkingsonderzoeken heeft sinds 2010 daarom drie categoriën voor wat ooit 'black Americans' waren: Afro-Americans (de grootste groep, met aanwezigheid in de VS vóór 1860), Black Africans (recentere migranten uit Afrika) en Afro-Carribeans (recentere migranten uit de Caraïben).
4. En, we zijn bijna rond, dan is er het vierde probleem van de wazige grenzen tussen al die groepen. Men hoeft geen 'volbloed' te zijn om tot een groep te behoren, maar dat betekent dat men op basis van afkomst ook tot meerdere groepen kan behoren. En zelfs dan zijn de aanduidingen van huidskleur en afkomst veel moeilijker dan op het eerste zicht lijkt. Zoals de rechtszaken rond Sandra Laing aantoonden, is uiterlijk helemaal geen goede indicatie: de vrouw werd in 1965 onder het Apartheidsregime als 'gekleurd' werd beschouwd, maar kon minstens drie generaties louter witte voorouders bewijzen, en was ook zo opgegroeid.

Het lange antwoord is dus dat het een problematische term is, die meestal en in tegenstelling tot het Census Bureau heel los gebruikt wordt en die vooral wil duiden op een zeker gemeenschapsgevoel bij donker(-der)gekleurde mensen in de V.S. en vooral verwijst naar een gedeelde geschiedenis van onderdrukking in de V.S. of elders. Wie daarbij in- of uitgesloten wordt, durft al eens te variëren.